Onthard en gefilterd water verschillen vooral in de stoffen die ze verwijderen en hun effect op de gezondheid. Een waterontharder verwijdert specifiek calcium en magnesium, de mineralen die water hard maken en kalkaanslag veroorzaken. Door deze mineralen uit het water te halen en te vervangen door natrium, wordt het water zachter. Dit verhoogde natriumgehalte is voor de meeste mensen veilig, maar kan problematisch zijn voor mensen met een zoutarm dieet (Waterontharder-advies).
Aan de andere kant richt een waterfilter zich op het verwijderen van diverse verontreinigingen zoals zware metalen, chemicaliën, en pesticiden die soms in het leidingwater voorkomen. Gefilterd water is hierdoor vrij van veel potentiële schadelijke stoffen, wat kan bijdragen aan een betere algehele gezondheid en minder blootstelling aan onzuiverheden (GIC).
Beide watersoorten bieden specifieke gezondheidsvoordelen. Onthard water is bijvoorbeeld zachter voor de huid en voorkomt kalkaanslag, wat vooral prettig is voor mensen met een gevoelige huid. Gefilterd water daarentegen draagt bij aan een betere spijsvertering en kan het lichaam helpen voedingsstoffen efficiënter op te nemen, aangezien het vrij is van diverse onzuiverheden (Puur Water).
Kortom, onthard water focust zich op het verminderen van hardheidsmineralen voor comfort en huishoudelijk gebruik, terwijl gefilterd water primair gericht is op het bieden van zuiver drinkwater zonder schadelijke stoffen. Voor de meeste mensen biedt gefilterd water voordelen op het gebied van gezondheid, terwijl onthard water vooral praktisch is in huishoudens waar kalkaanslag een probleem is.